Jakob de Zoet is een jonge domineeszoon uit Zeeland. In 1799 treedt hij in dienst van de VOC als griffier op het eilandje Decima, voor de kust van Nagasaki in Japan. Het is een geïsoleerde handelspost waar de Hollanders als enige westerse mogendheid van de Japanse autoriteiten handel mogen drijven.
Jacob moet de corruptie aantonen van het vorige opperhoofd. Niet goed voor zijn populariteit onder landgenoten. Zijn pogingen om vriendschap te sluiten met de Japanners lopen moeizaam vanwege de strenge regels die omgang tussen Japanners en buitenlanders aan strikte regels onderwerpen.
Zijn verliefdheid op een Japanse brengt hem in nauwer contact met de zwarte kanten van de Japanse samenleving dan veilig is.